De beste bandenspanning voor je racefiets? Dat is simpel! Er moet 8 bar in toch… Grimpeur.nl legt uit wanneer je bandenspanning optimaal is, hoe je de optimale bandenspanning voor jouw gewicht uitrekent. En waarom je sneller fietst wanneer de druk in je fietsband hoger wordt. En die 8 bar dan? Daarmee zit je altijd goed. Maar in principe hoeft de bandenspanning niet voor iedereen zo hoog opgevoerd te worden om lekker te fietsen.
De vuistregel, voor de juiste druk
Voor iedere wielrenner die deze nog niet kent. Per 10 kilo lichaamsgewicht mag je 1 bar in je band pompen. Met deze methode kan de band jouw gewicht prima dragen en heb je een prettige rolweerstand. Ben je 60 kilo dan heb je dus aan 6 bar voldoende, 70 kilo, 7 bar enz. Op het moment dat je zwaarder bent dan 80 kilo dan wordt het wel even opletten. Een reguliere fietsband met tube kan een maximale bandenspanning van ongeveer 9 bar aan. Daarna ga je toch echt wel de grens opzoeken van wat een fietsband aankan. Weeg je 80 kilo of meer, blijf dan gewoon lekker met een bandenspanning van 8 bar rondrijden.
Met deze hulpmiddelen fiets je altijd met de juiste bandenspanning
Vloerpomp Topeak met drukmeter | € 47,95 | |
SKS handpomp met drukmeter | € 33,40 | |
SKS Airchecker luchtdrukmeter | € 26,26 |
Bandenspanning hoe werkt het
In de intro van dit artikel werd het al even aangetipt. Wanneer de bandenspanning hoger wordt ga je sneller fietsen. Hoe dit komt? Simpel gezegd verklein je het raakvlak met het wegoppervlak door de bandendruk te verhogen. Hoe harder de band is opgepompt, des te minder deukt het loopvlak dat in contact is met de grond in. Door de hogere druk in je fietsband kan de band je gewicht steeds beter dragen. Je hebt dus minder rolweerstand en kan makkelijker meer snelheid ontwikkelen.
Nadelen van hoge bandenspanning
De optimale bandenspanning gaat er vanuit dat je een zo klein mogelijk loopvlak van je fietsband hebt ten opzichte van het gewicht dat op de band leunt. Maar door de bandenspanning in je iele wielrenfietsbandjes te verhogen kweek je natuurlijk ook wat risico’s. Een harde band is namelijk gevoeliger om lek te rijden op scherpe objecten. Wil je snel zijn, dan komt er dus een verhoogd risico op lekrijden bij. Een extra binnenbandje meenemen tijdens je rit is dan geen overbodige luxe.
Aan de andere kant is een te zachte band ook niet ideaal. Rij je met een te lage bandenspanning tegen een scherp randje dan kan, door het te ver indrukken van je band een punctuur ontstaan. De binnenband wordt dan kapot geduwd op de velgrand. Zeker bij de wat zwaardere pedaalridders onder ons is het aan te raden niet met een te lage bandenspanning op pad te gaan.
Hoe snel degradeert bandenspanning?
Je fietsband met optimale rolweerstand blijft jammer genoeg niet voor eeuwig op spanning. Afhankelijk van het type binnenband dat je gebruikt degradeert de druk in de band. Wat je moet weten is dat er binnenbandjes beschikbaar zijn van verschillende materialen. Latex en butyl. Hier tussenin zitten nog banden met een samenstelling van deze materialen, maar dit zijn de hoofdgroepen. De meest gebruikte binnenband onder recreatieve fietsers is van butyl en blijft langer op spanning. Deze zijn ook een stuk goedkoper dan de Latex varianten. De Latex variant is lichter, elastischer, maar ook minder luchtdicht. De druk in je band degradeert dus een stuk sneller bij het gebruik van latex tubes. Het voordeel van Latex is dat het lichter is en de rolweerstand verbetert.
Er zit ook verschil in degradatie tussen je voor en achterwiel. De reden hiervoor is logisch. Er leunt meer gewicht op je achterwiel, dus de bandenspanning hierin zal dus ook sneller afnemen.
Frequentie banden oppompen
De snelheid waarmee een band zijn druk verliest verschilt dus per materiaaltype. Daarnaast zit er ook nog wel wat verschil tussen de verschillende merken. Maar over het algemeen kun je zeggen dat een butyl band iedere week een keer gecheckt moet worden, of bij intensief gebruik om de twee ritten. Het is dus niet zo dat je na iedere rit je band hoeft op te pompen. Tenzij je een echte wielerpurist bent natuurlijk. Dan is er altijd wel wat drukverlies te bespeuren.
Latex daarentegen degradeert zo snel dat je na iedere rit je band weer op de spanning moet brengen. Wil je sneller fietsen, dan komt er dus ook wat meer onderhoud bij kijken.
Vloerpomp Topeak met drukmeter | € 47,95 | |
SKS handpomp met drukmeter | € 33,40 | |
SKS Airchecker luchtdrukmeter | € 26,26 |
Bandenspanning en comfort
Dan is er ook nog zoiets als comfort. Voordat je je fietsband knetterhard oppompt om maar zo weinig mogelijk rolweerstand te hebben, moet je je beseffen dat de wegen waar je op fietst niet altijd even soepel lopen. Rij je dagelijks over een wegdek dat aanvoelt als een biljartlaken dan kom je weg met een hoge bandenspanning. Je kan er dan zeker je voordeel mee doen. Helaas is dit vaak niet de werkelijkheid. Zeker niet als je tijdens een rit door Zuid-Limburg een uitstapje maakt naar onze Zuiderburen. De norm voor goed wegdek ligt daar toch net wat lager zullen we maar zeggen. Een barretje minder in je band stoppen is dan geen overbodige luxe.
Beter gezegd nog, je verhoogd dan niet alleen je comfort. Je fietst waarschijnlijk ook nog sneller dan een wielrenner die met harde banden rondrijdt. Het loopvlak van de band mag dan wel kleiner zijn. Door de hoge bandenspanning stuitert je fiets veel meer over een slecht wegdek. Verlaag je de druk met 1 bar ten opzichte van de “10 kilo – 1 bar verhouding” dan zal je veel soepeler over slecht wegdek rollen.
Bandenspanning van de profs
Tot slot, misschien heb je al eens gehoord over de bandenspanning waar profwielrenners hun rondjes op draaien. Sommige zoeken de 10 bar wel op! Je snapt nu natuurlijk dat dit alles te maken heeft met het verlagen van de rolweerstand. Bijkomend nadeel hiervan is dat de grip van de band verminderd. Het loopvlak is immers kleiner. Maar dat risico nemen profs vaak voor lief. Dat kunnen ze wel aan met hun ervaring en stuurmanskunsten.
Een bandenspanning van 10 bar rijden kan trouwens niet zomaar. Hiervoor gebruiken profwielrenners speciale tubes die deze druk aankunnen. Met een gewoon huis tuin en keuken bandje zou ik het niet proberen, je kan er dan net zo goed meteen een sticker “ontploffingsgevaar” opplakken.
De bandenspanning bij de profs verschilt ook sterk per race. Het bandentype dat gebruikt wordt ook. Tijdens Parijs-Roubaix zal iedere prof met een tubeless band rijden (geen binnenband) Waarschijnlijk met een bandenspanning tussen de 6 en 7 bar. Dat rolt een stuk lekkerder over de kasseien. Maar vraag je een prof naar de ideale bandenspanning dan zal het vaak stil blijven. Ze zullen nog eerder hun pincode prijsgeven dan hun bandenspanning.
Zorg altijd dat je een goede minipomp of Co2-pomp bij je hebt tijdens een rit. Een lekker rondje fietsen kan behoorlijk verstierd worden door een platte band. Zeker als je fietsband daarna niet meer goed op spanning gebracht kan worden. Grimpeur.nl heeft de beste pompjes op een rij gezet. Zodat je je fietsrit niet hoeft te vervolgen met slappe bandjes.
Bij het vrouwenteam waar ik werk wordt 6 voor 6,5 achter gehanteerd. Zij rijden tubles en bijna nooit lek.
Ik ben op leeftijd en er is me 40 jaar geleden verteld dat als je getraind had altijd even wat lucht uit je ventiel moet laten, zodat je banden niet met volledige druk in de schuur staan. Dus zeg dat je ze oppomp tot 7 bar, je ze even moet ontluchten tot 6 bar om weer de volgende dag te fietsen en ze weer op te pompen tot 7 bar. Ik doe dat niet meer want ik word gek van het vele pompen. Is dat verstandig? Kan ik mijn fiets gewoon laten staan met 7 bar en pas oppompen als de banden weer wat zachter worden?
Als ik het verhaal boven goed begrijp is het laten lopen van wat lucht niet nodig maar gaat dit vanzelf na een tocht en het verstijken van de tijd. Het lijkt me verstandig om de zoveel tijd (1 week) de band te checken/pompen.